2023 moet het jaar van de Chinese elektrische auto’s worden. Er komen flink wat merken bij op de Europese markt die het vuur aan de schenen van de gevestigde orde moeten gaan leggen. De Chinese EV’s kunnen met goede specificaties, rijke uitrustingen en gunstige prijzen in de markt gezet worden.

Het is een propositie waar de Europese merken (nog) geen echt antwoord op hebben. Je zou dan ook verwachten dat de Chinese auto’s niet aan te slepen zijn, nu ze daadwerkelijk verkrijgbaar zijn. De voorraden in China lopen op en de export naar Europa neemt toe, maar de verkoopcijfers op ons continent vallen tegen.

Wel of geen voorraad, het lijkt een uitdaging voor de Chinezen om echt voet aan de grond te krijgen in Europa. Analisten van onderzoeksbureau voor de automotivebranche Jato stellen dat het aantal verkopen van Chinese merken in de Europese Unie juist afneemt.

Uit de cijfers van Jato blijkt dat in februari van dit jaar slechts 2,7 procent van alle geregistreerde auto’s in Europa van Chinese afkomst was. In dezelfde periode een jaar eerder, toen de markt het nog erg zwaar had, hadden de oosterse merken nog 2,9 procent van de verkoop in handen.

Het is een klein verschil, maar staat wel lijnrecht tegenover de verwachtingen. Men ging er vanuit dat de Chinezen de Europese markt al vanaf 2022 zouden overspoelen. Er zouden in dat jaar al 150.000 Chinese EV’s verkocht worden. Dat lijkt nu iets te positief gedacht, want verder dan 58.000 stuks kwamen de Aziatische merken niet.

Ook op de Nederlandse markt komt de Chinese verkoop maar moeilijk op gang. Enkele merken, zoals BYD en Nio hebben hun auto’s al sinds vorig jaar in de verkoop, maar zetten geen enorme cijfers weg. En met uitzondering van de BYD ATTO 3, de goedkoopste auto in het aanbod, is er geen duidelijk stijgende trend in de verkoop te ontdekken bij de verschillende Chinese modellen.

Daarmee lijkt het er dus op dat de Chinese invasie niet zo heftig zal zijn als aanvankelijk gedacht. En dat betekent dat de Europeanen mogelijk kans hebben om hun dominantie op de eigen markt nog langer vast te houden.

Wat elektrische auto's betreft, lijken Europese autofabrikanten pas net wakker geschud. De Chinezen sleutelen daarentegen al jaren aan hun stekkerauto's en beginnen nu aan de internationale expansie. Ze zouden daarmee een jaar of twee voorsprong hebben op de gevestigde orde in Europa. Maar om daar gebruik van te maken, moet de markt wel worden opgeschud.

En juist daar lijkt het aan te ontbreken. De Chinese merken zijn nog onvoldoende bekend en kampen met het negatieve beeld dat mensen hebben bij producten die uit China komen. Ook lijkt het er nog niet op dat ze dit proberen aan te pakken met imposante marketingcampagnes.

Daarnaast hebben de Chinese auto’s nog dikwijls een prijs van meer dan 50.000 euro, wat duidelijk een grens is voor de Europese autokoper. Hiermee prijzen ze zichzelf ook ruim buiten enige vormen van subsidie, wat de verkoop niet helpt.

De strijd om de Europese markt is nog niet gestreden

Tesla lijkt de Chinese invasie een stapje voor te zijn. In januari voerde het prijsverlagingen door voor zijn instapmodellen. Dat resulteerde in een recordverkoop in het eerste kwartaal van 2023.

De komst van de Chinese merken mag dan tot dusver voor minder opschudding zorgen dan men had verwacht, het blijft een feit dat ze komen en niet van plan zijn snel weer te verdwijnen. Wellicht hebben we in het eerste kwartaal van dit jaar te maken gehad met wat marktverkenners en wordt de echte invasiemacht momenteel voor de kust klaargestoomd om de Europese markt te bestormen.

Daarnaast weten we van enkele Chinese merken dat ze later dit jaar nieuwe, waarschijnlijk goedkopere modellen aankondigen. Ondanks een ogenschijnlijk langzame start, is de strijd nog lang niet gestreden.

LEES OOK: Dit zijn de 20 elektrische auto’s met de grootste actieradius van dit moment